Patiënten met boezemfibrilleren krijgen meer regie en hoeven minder vaak naar het ziekenhuis
Hoe voorkomen we onnodige doorverwijzingen naar de cardioloog en zorgen we voor minder herhaalbezoeken, onderzoeken en ECG’s? Vragen die relevant zijn als we kijken naar de ontwikkelingen in de zorg: toenemende vergrijzing, arbeidsmarktkrapte en stijgende zorgkosten. Het antwoord ligt deels in het efficiënter inrichten van huidige zorgprocessen. Hoe? Door het gebruik van digitale toepassingen en de inzet van innovaties.
Zo ontwikkelde een team van zorgprofessionals in samenspraak met patiënten een compleet nieuw en innovatief zorgproces voor patiënten met boezemfibrilleren. Een verandering die er toe moet leiden dat deze patiënten meer zorg op maat ontvangen en meer regie krijgen over hun eigen ziekteproces. “Naast de eerdergenoemde voordelen verwachten we zelfs op termijn minder bezoeken aan de Eerste Hart Hulp (EHH). De tijd die daardoor vrijkomt, kunnen we bijvoorbeeld benutten voor het behandelen van meer patiënten”, aldus Ron Pisters, cardioloog in Rijnstate en initiatiefnemer van dit nieuwe zorgpad.
Onnodige belasting voor zorgverlener en patiënt
Ron vervolgt: “Op dit moment zien we nog dat een groot deel van deze patiënten op een vrij willekeurig, maar niet altijd het ideale moment een controle bij de cardioloog krijgen. Ook plannen we voor een deel van deze patiënten een ingreep om de hartritmestoornis weer in een regelmatig hartritme te krijgen, cardioversie noemen we dat, maar in de aanloop blijkt bij een aanzienlijk deel dat het hartritme zich vanzelf hersteld heeft. Dan komt de patiënt dus voor niets naar het ziekenhuis en we daarmee die schaarse plekken voor ingrepen niet ten volle kunnen benutten. Dit zorgt voor een extra en onnodige belasting voor de zorgverlener én patiënt. Om ervoor te zorgen dat we alleen patiënten zien die het echt nodig hebben, is gekeken hoe de monitoring van klachten efficiënter kan verlopen. Daarbij is ook steeds het uitgangspunt geweest dat de patiënt een hogere mate van zelfregie ervaart.”
Meten is weten
In het vernieuwde zorgproces spelen het patiëntenportaal Mijn Rijnstate, de app Fibricheck en het Virtueel Zorgcentrum van Rijnstate een hoofdrol. Sandra van der Straaten, teammanager van het Virtueel Zorgcentrum: “We verwachten dat zelfmetingen en informatie over boezemfibrilleren de patiënt naar verwachting meer grip op zijn aandoening geven. De patiënt houdt zijn vitale waarden bij, zoals de hartfrequentie, door de inzet van de app Fibricheck. Ook vult de patiënt vragenlijsten in via het patiëntenportaal Mijn Rijnstate. De verpleegkundigen van het Virtueel Zorgcentrum monitoren op afstand deze waarden en uiteraard ook hoe het met de patiënt gaat.”
Voorkomen van ziekenhuisopname
Deze manier van werken zorgt ervoor dat er alleen contact nodig is met Rijnstate als de gezondheidssituatie van de patiënt en/ of de uitkomsten van de gemonitorde waarden hier aanleiding toe geven. “Door het tijdig signaleren van waarden die niet goed zijn, kunnen we een ziekenhuisopname voorkomen”, vervolgt Sandra. ”Naast de inzet van het Virtueel Zorgcentrum krijgen patiënten intensieve begeleiding via Mijn Rijnstate. Zo krijgt de patiënt voor de eerste afspraak de vraag enkele vragenlijsten in te vullen zodat de arts de diagnose en het behandelplan kan opstellen direct na het eerste gesprek. De informatie in het portaal geeft de patiënt tevens inzicht in het proces en in wat hij moet doen op welke moment.”
Evaluatie
Om te weten wat de impact van dit nieuwe zorgproces is op de patiënt met boezemfibrilleren en op de zorg rondom deze patiëntengroep, vindt de komende jaren elk jaar een evaluatie plaats. Dit geeft inzicht in benodigde aanpassingen en verbeteringen.
Welke informatie wilt u downloaden?
De pagina die u nu bekijkt, is automatisch aangevinkt om te downloaden. Ziet u hieronder nog meer pagina’s staan? Dan kunt u zelf aanvinken welke pagina’s u wilt toevoegen.