Dikkedarmoperatie (niet-oncologisch)
Patiënte met arts en verpleegkundige in behandelkamer

Voorbereiding op de operatie

Voorafgaand aan de operatie is het van belang dat u in zo goed mogelijke conditie komt. Want hoe fitter u bent, hoe succesvoller de operatie kan zijn en hoe sneller u hierdoor herstelt.

Bewegen

Bij een operatie moet uw lichaam een grote prestatie leveren. Als u in een goede conditie bent, herstelt u sneller en heeft u minder kans op complicaties. Recent onderzoek heeft aangetoond dat de kans op complicaties na de operatie afneemt als u een goede conditie heeft voor de operatie. U hoeft geen speciale training te volgen. Zorg dat u dagelijks voldoende beweegt (minimaal 30 minuten per dag) door bijvoorbeeld te wandelen, huishoudelijke klussen te doen of op de fiets boodschappen te doen.

Voeding

Uit onderzoek is gebleken dat de genezing beter verloopt als uw voedingstoestand op het moment van de operatie zo optimaal mogelijk is. In een goede voedingstoestand kunt u de behandeling  doorgaans beter aan en heeft u minder kans op complicaties, zoals een infectie. Hierdoor verloopt het herstel na de operatie sneller.

Door de lichamelijke en psychische gevolgen van de ziekte/operatie kan uw eetlust afnemen. Wanneer u minder eet dan uw lichaam nodig heeft, valt u af. Regelmatig wegen is een eenvoudige controle om te zien of u voldoende eet. Eenmaal per week wegen op dezelfde weegschaal is voldoende. Gewichtsverlies voor de operatie is niet wenselijk. Uw conditie lijdt eronder, uw weerstand neemt af en uw voedingstoestand verslechtert. Ook als u overgewicht heeft, is het beter om niet voor de operatie af te vallen. Afvallen kan beter in een andere periode.

Wanneer u onbedoeld gewicht verliest of minder eetlust heeft, wordt u door de verpleegkundige doorverwezen naar de diëtist. De diëtist overlegt met u hoe u uw voedingstoestand zo optimaal mogelijk kunt krijgen. Daarbij wordt rekening gehouden met persoonlijke klachten. Het is belangrijk dat u voor de operatie in een goede voedingstoestand bent. In de folder ‘Energie- en eiwitrijke voeding’ vindt u hierover meer informatie.

Ontstressen

Levensstijl is van groot belang voor onze gezondheid. Voeding en bewegen horen daarbij, maar ook het vermijden van (te veel) stress. Blootstelling aan stress kan fysieke reacties oproepen die vergelijkbaar zijn met reacties veroorzaakt door inspanning, denk aan hartkloppingen en zweten.

Wat is ontstressen? Kort gezegd; zich kunnen aanpassen aan stressvolle situaties en tegenslagen, zonder negatieve lichamelijke en emotionele gevolgen van stress te ervaren. Ontstressen kunt u leren door veranderingen door te voeren in uw dagelijks leven, zoals een positieve houding aan te nemen of rustmomenten in te bouwen. Bijvoorbeeld mindfulness, yoga of massage kan bijdragen aan het (leren) ontstressen.

U kunt begeleiding krijgen van het team psychosociale zorg en zingeving (PSZZ). Dit team bestaat uit medische psychologie, medisch maatschappelijk werk en geestelijke verzorging. U kunt denken aan het omgaan met en verwerken van de ziekte, de gevolgen voor uw dagelijks leven zoals zorg voor de kinderen, werk, financiën en praktische zaken, invloed op relaties, veranderd toekomstperspectief, levens- en geloofsvragen en andere psychische problemen.

Het team PSZZ is beschikbaar voor de patiënt maar ook voor uw naasten.

Bij uw medisch specialist of GIO-verpleegkundige kunt u uw zorgen en vragen bespreekbaar maken. Zij kunnen een verwijzing voor u regelen.

Stoppen met roken voor en na uw operatie

Het is algemeen bekend dat roken ongezond is en verschillende gezondheidsproblemen tot gevolg kan hebben. Voor u is het belangrijk te weten welke gevolgen roken kan hebben op de operatie en uw herstel erna.

  • Meer kans op complicaties die ontstaan door de darmoperatie zoals naadlekkage, infectie, longontsteking, trombose en nierfalen.
  • Roken en slijmvorming irriteert de luchtwegen. Als u onder anesthesie (narcose) bent wordt u via een buisje in de luchtpijp beademd. Dit buisje kan verstopt raken door slijm dat los gaat zitten tijdens de beademing. De kans bestaat dat de arts het slijm tijdens de operatie moet wegzuigen. Dit kan de luchtwegen weer irriteren, een vervelend gevoel geven en meer hoesten tot gevolg hebben na de operatie.
  • De kans op bronchospasme. Dit is een verkramping van de spieren rond de luchtpijp, waarbij de luchtpijp wordt dichtgeknepen. De beademing versterkt de irritatie van de luchtwegen. Omdat u onder narcose bent merkt u daar op het moment zelf niets van, maar na de operatie kunt u benauwd en kortademig zijn.
  • Roken verhoogt de aanmaak van maagzuur waardoor voeding minder goed en snel wordt verteerd. Dit verhoogt de kans op aspiratie, het ‘inademen’ van maaginhoud tijdens de operatie en misselijkheid en braken na de operatie.

De eerste week na het stoppen kunt u last hebben van ontwenningsverschijnselen en neemt het hoesten toe omdat het slijm in de longen los gaat zitten. Deze ‘rokershoest’ heeft als functie het slijm en vuil in de longen op te ruimen.

Gevolgen van stoppen met roken

Als u stopt met roken worden uw hartslag en bloeddruk na 20 minuten weer normaal. Na 8 uur is de hoeveelheid nicotine en koolmonoxide de helft minder en de hoeveelheid zuurstof in het bloed is weer normaal. Na één dag is alle koolmonoxide uit het lichaam verdwenen en is het zuurstofgehalte van het bloed verbeterd. U krijgt meer lucht en kunt makkelijker ademen, de kans op longproblemen zoals een longontsteking zijn na de operatie kleiner. Na 1 dag beginnen de longen met het opruimen van slijm en andere resten van het roken. Het hoesten neemt hierdoor toe. Na 2 tot 3 dagen is er geen nicotine meer in het lichaam en zijn de smaak- en reukvermogens aanzienlijk verbeterd. Tussen de 2 en 12 weken verbetert de bloedcirculatie in het lichaam, waardoor ook de zuurstoftoevoer beter is. Uw hart zal meer zuurstofrijk bloed krijgen en kunnen rondpompen, waardoor u een betere conditie krijgt en de kans op infecties en ontstekingen afneemt. Tussen de 3 en 9 maanden verminderen klachten als hoesten, piepen en benauwdheid. De achteruitgang van de longfunctie stopt en kan licht verbeteren. Zodra u stopt met roken is de kans op ontwenningsverschijnselen aanwezig. Dit is een goed teken want uw lichaam maakt zich vrij van nicotine. Op www.stivoro.nl vindt u informatie over de meest voorkomende ontwenningsverschijnselen en goede tips over hoe met deze ontwenningsverschijnselen om te gaan.

Ondersteuning bij stoppen met roken

De verpleegkundige bekijkt samen met u wat de beste manier is om te stoppen met roken. Hierbij zijn regelmatig contactmomenten ook met andere zorgprofessionals.

Soms kunnen hulpmiddelen zoals nicotinepleisters u helpen te stoppen met roken. Uw behandelend arts kan dit voorschrijven.

Sluiten

Welke informatie wilt u downloaden?

De pagina die u nu bekijkt, is automatisch aangevinkt om te downloaden. Ziet u hieronder nog meer pagina’s staan? Dan kunt u zelf aanvinken welke pagina’s u wilt toevoegen.

De huidige pagina

Lettergrootte PDF
Deel PDF via: