Hoe bereidt u zich voor op de behandeling?
Als u een stollingsziekte heeft
- Bespreek dit van te voren met uw arts.
Metalen apparaatjes in uw lichaam
- De behandeling kan mogelijk niet doorgaan als in uw lichaam bepaalde metalen apparaatjes zijn geplaatst (bijv. pacemaker, ICD, neurostimulator, insulinepomp, cochleair implant). Uw behandelaar bespreekt met u wat in uw situatie van toepassing is. Is er bij u een dergelijk apparaatje geplaatst en is uw behandelaar niet op de hoogte hiervan? Belt u dan zo spoedig mogelijk naar 088 - 005 7795.
Medicatie
- Antistollingsmedicatie moet in overleg met de arts die deze behandeling heeft aangevraagd tijdelijk worden gestopt.
- Overige medicijnen kunt u blijven gebruiken zoals u gewend bent.
- Neem een actueel medicatie-overzicht mee naar het ziekenhuis.
Bloed prikken
- Maximaal 24 uur voor start van de behandeling moet u bloed laten prikken.
Opname
- Voor de behandeling is het nodig dat u in het ziekenhuis wordt opgenomen. U hoeft niet te overnachten.
- De afdeling Opnameplanning neemt binnenkort contact met u op en geeft aan op welke afdeling u wordt opgenomen en hoe laat u in het ziekenhuis wordt verwacht.
Kleding
- Draag op de dag van de behandeling een blouse of overhemd, met een vest. Dus geen trui of shirt dat u over het hoofd moet aan- en uittrekken. In de blouse/overhemd zou onverhoopt een klein beetje bloed kunnen komen tijdens de behandeling. Neem dus niet uw beste blouse/overhemd mee.
Eten en drinken
- Voor de behandeling mag u normaal eten en drinken.
Vervoer
- Na de behandeling mag u niet zelf deelnemen aan het verkeer. Zorg daarom dat iemand u na de behandeling kan ophalen uit het ziekenhuis en u thuis kan brengen.