Ascitesdrainage op de radiologie

Het onderzoek: voorbereiding, uitvoering en nazorg

Voorbereiding

  • Stollingsziekte

    • Als u een stollingsziekte heeft, bespreek dit van te voren met de arts die dit onderzoek heeft aangevraagd

    Medicatie

    • Bepaalde antistollingsmedicatie moet in overleg met de arts die dit onderzoek heeft aangevraagd tijdelijk worden gestopt
    • Overige medicijnen kunt u blijven gebruiken zoals u gewend ben
    • Neem een actueel medicatie-overzicht mee naar het ziekenhuis

    Bloed prikken

    • Als u bepaalde antistollingsmedicatie gebruikt (acenocoumarol (Sintrom®), fenprocoumon (Marcoumar®) of heparine), dan moet u maximaal 24 uur voor het onderzoek bloed laten prikken. Als dit nodig is, dan zal uw arts dit met u bespreken.
    • Als de bloedwaarden niet goed genoeg zijn, kan het zijn dat het onderzoek uitgesteld moet worden

    Eten en drinken

    • Voor dit onderzoek mag u eten en drinken zoals u gewend bent

Hoe gaat de behandeling?

In bed wordt u naar de afdeling Radiologie gebracht. De behandeling wordt meestal gedaan in rugligging, soms in zij- of buikligging: dit is afhankelijk van de plaats waar geprikt gaat worden.

Met echografie (of soms met CT) worden beelden gemaakt om de plaats te bepalen waar de radioloog zal gaan prikken. Het is belangrijk dat u goed stil blijft liggen tijdens en na het maken van de foto's.

Rond de prikplek wordt de huid schoongemaakt en verdoofd en plaatsen we een steriele doek. De radioloog zal met een speciale naald de plaats waar het om gaat aanprikken. De meeste mensen ervaren dit niet als pijnlijk. Als de naald is ingebracht wordt een controlefoto gemaakt om te beoordelen of de naald op de goede plaats zit. Het vocht wordt nu uit de buik verwijderd.

Via de naald wordt een slangetje in de holte geschoven waar het vocht zit. De naald wordt nu verwijderd maar het slangetje blijft zitten. Het slangetje wordt met een pleister op de huid goed vastgeplakt zodat deze niet kan verschuiven. Het vocht kan nu via het slangetje in een zakje lopen. Het zakje blijft enige tijd zitten: uw behandelend arts zal het slangetje met zakje weer verwijderen.

Hoelang duurt het onderzoek?

De behandeling duurt 30 tot 60 minuten.

Nazorg na het onderzoek

  • Wij adviseren u tot 48 uur na de punctie rustig aan te doen, niet te sporten en niet zwaar te tillen.
  • De prikplek kan na afloop blauw verkleuren en wat pijnlijk aanvoelen. Desgewenst kunt u paracetamol innemen tegen de pijn.

Complicaties

Op de prikplek kan een bloeding of een ontsteking ontstaan. Als u in de uren/dagen na de behandeling één van de onderstaande klachten krijgt, neemt u dan direct contact op met uw behandelend arts. Buiten kantoortijden kunt u rechtstreeks contact opnemen met de Spoedeisende Hulp van Ziekenhuis Rijnstate in Arnhem (tel. 088 – 005 6680).
De klachten die kunnen duiden op een bloeding of ontsteking zijn:

  • Duizelig worden of "zich niet goed voelen"
  • Ernstige pijn, met name rondom de prikplek
  • De prikplek wordt rood, warm of erg dik
  • Meer dan 38 graden koorts
Sluiten

Welke informatie wilt u downloaden?

De pagina die u nu bekijkt, is automatisch aangevinkt om te downloaden. Ziet u hieronder nog meer pagina’s staan? Dan kunt u zelf aanvinken welke pagina’s u wilt toevoegen.

De huidige pagina

Lettergrootte PDF
Deel PDF via: