Intra-Uteriene Inseminatie

Wat is Intra-Uteriene Inseminatie?

Bij Intra-Uteriene Inseminatie (IUI) wordt sperma in de baarmoederholte ingebracht (ook wel ‘insemineren’ genoemd). IUI wordt toegepast bij:

• een verminderde kwaliteit van de zaadcellen;
• een te laag aantal zaadcellen;
• geen duidelijke oorzaak voor het uitblijven van de zwangerschap.

De kans op een zwangerschap bij IUI is ongeveer 10% per behandeling. Meestal zijn er 3 tot 6 behandelingen.

Deze behandeling doen we in de spontane cyclus of in combinatie met hormoonbehandeling.

IUI natuurlijke cyclus

Bij verminderde spermakwaliteit kiezen we in Rijnstate voor IUI in een spontane cyclus.

De timing van de IUI is erg belangrijk in de behandeling. Halverwege de cyclus start u met ovulatietesten. Als deze ovulatietest positief is, is de eisprong/ovulatietest? normaal gesproken binnen 24 uur. De dag na de positieve ovulatietest verwachten wij u en uw partner op onze polikliniek. U krijgt een afspraak om het sperma in te leveren bij het laboratorium. Uw partner mag het sperma thuis of in ons centrum produceren en opvangen.

In het laboratorium bewerken we het sperma, zodat het meest beweeglijke deel van de zaadcellen uiteindelijk overblijft. Deze bewerking duurt ongeveer 1 uur. Daarna zullen wij het sperma met een dun slangetje in de baarmoederholte brengen. De zaadcellen kunnen dan vanuit de baarmoederholte in de eileiders zwemmen, waar de bevruchting van een eicel kan plaatsvinden.

U kunt hierna uw dagelijkse activiteiten weer oppakken. U hoeft niets extra’s te doen of te laten.

Wij adviseren u om tijdens de behandeling ook regelmatig te vrijen. Als u 3 weken na de IUI nog geen menstruatie heeft gekregen, kunt u een zwangerschapstest doen om tekijken of u zwanger bent.

IUI met hormoonbehandeling

Bij sommige paren kan geen duidelijke oorzaak voor het uitblijven van de zwangerschap worden gevonden. In deze gevallen maken we tijdens de IUI cyclus ook gebruik van een milde hormoonstimulatie met hormooninjecties.

Hormooninjecties bevatten FSH. Dithormoon stimuleert de eierstok om eicellen te maken. U krijgt van de verpleegkundige prikinstructies, waarbij u leert om uzelf dit hormoon dagelijks toe te dienen. Wij zullen u precies vertellen hoeveel u van dit hormoon moet spuiten. Vanaf de 3^e cyclusdag tot aan de eisprong dient u zichzelf dagelijks dit hormoon toe.

Om te onderzoeken of de eierstokken voldoende reageren zullen we u regelmatig voor echo- en/of bloedonderzoek op de polikliniek zien. Als uw eierstokken teveel of te weinig reageren, passen we de dosering van de hormooninjecties aan. Als de eicel voldoende is gerijpt of als de ovulatietest aangeeft dat de eisprong aanstaande is, krijgt u nog een ander hormoon toegediend dat zorgt voor de eisprong. Binnen 24 uur (bij een positieve ovulatietest) of na 36 uur (na een Ovitrelle-injectie) maken wij met u een afspraak voor de inseminatie. U krijgt een afspraak om het sperma in te leveren bij het laboratorium. Uw partner mag dit thuis of in ons centrum produceren en opvangen. In het laboratorium bewerken we het sperma. Daarna insemineren we het in de baarmoederholte, zoals eerder beschreven.

Als u 3 weken na de IUI nog geen menstruatie heeft gekregen, kunt u een zwangerschapstest doen om te kijken of u zwanger bent.

Bij de behandeling met hormooninjecties is de kans op meerlingen (zoals een twee- of drieling) hoger. We willen de kans hierop zo klein mogelijk maken. Daarom proberen we niet meer dan 1 tot 3 follikels (eiblaasjes) tot rijping te laten komen. Mochten we tijdens het echo onderzoek zien dat er meer dan drie follikels rijpen, dan zullen we met u bespreken of u in die cyclus geen IUI wilt ondergaan, of dat we een aantal follikels verwijderen en vervolgens alsnog in die cyclus IUI toepassen.