Hoe bereid ik me voor op de plaatsing?
Stollingsziekte
Als u een stollingsziekte heeft: bespreek dit van te voren aan de arts die de plaatsing heeft aangevraagd
Medicatie
- Als u antistollingsmedicatie gebruikt: antistollingsmedicatie moet in overleg met de arts die de plaatsing heeft aangevraagd tijdelijk worden gestopt
- Overige medicijnen kunt u blijven gebruiken zoals u gewend bent
- Neem een actueel medicatie-overzicht mee naar het ziekenhuis
Om het risico op infecties te verkleinen krijgt u van te voren antibiotica. Als u allergisch bent voor antibiotica: bespreek dit met de arts die de plaatsing heeft aangevraagd.
- 3 dagen voor de ingreep start u met Bactroban neuszalf. U brengt 3 keer per dag een toefje aan in beide neusgaten
- 5 dagen voor de ingreep start u met Movicolon (ontlasting moet dun zijn). U gebruikt dagelijks 1 zakje en op de dag vóór de ingreep twee zakjes.
Bloed prikken
- Maximaal 24 uur voor start van het onderzoek moet u bloed laten prikken
- Als de bloedwaarden niet goed genoeg zijn, kan het zijn dat de plaatsing uitgesteld moet worden
Opname
Voor de behandeling is het nodig dat u in het ziekenhuis wordt opgenomen. Uw behandelend arts bespreekt met u hoe lang dat nodig is. Meestal blijft u de nacht na de plaatsing in het ziekenhuis.
- De afdeling Opnameplanning neemt binnenkort contact met u op en geeft aan op welke afdeling u wordt opgenomen en hoe laat u in het ziekenhuis wordt verwacht.
Nuchter
- Vanaf 3 uur voor start onderzoek mag u niets meer eten of drinken
Onderzoek onder sedatie
Soms wordt het onderzoek onder sedatie gedaan (met een "roesje"). Als dat nodig is wordt u hierover apart geïnformeerd. De voorbereiding zal dan iets anders zijn.