Over de operatie
Gedeeltelijke maagresectie
Bij een gedeeltelijke maagresectie haalt de chirurg een deel van de maag weg. Meestal wordt daarbij ook de sluitspier van de maag verwijderd. Deze spier noemen we ook wel pylorus. De maag die overblijft wordt weer aangesloten op de dunne darm.


Totale maagresectie
Bij een totale maagresectie wordt de maag in zijn geheel verwijderd en wordt de slokdarm op de dunne darm aangesloten. Ook bij deze operatie wordt de sluitspier van de maag verwijderd.


Na de operatie
Na de operatie mag u kleine slokjes helder vloeibaar drinken (water, thee, ranja of bouillon). Per dag wordt gekeken of u al meer mag drinken. Meestal mag u een dag na de operatie ook melkproducten eten en drinken. U kunt dan kiezen uit melk, karnemelk, (vruchten)yoghurt, (vruchten)kwark, pap en vla. Als u dit goed kunt verdragen, mag u de volgende dag uitbreiden naar een vloeibaar dieet met een warme maaltijd die fijngemalen is. Deze warme maaltijd bestaat uit puree, fijngemalen groenten, fijngemalen vlees of kip en jus. Tussendoor mag u alle producten uit het gehele vloeibare assortiment eten en drinken. U kunt naast thee, koffie en melkproducten ook kiezen voor vruchtenmoes en drinkvoeding. Drinkvoeding is een drank waar extra energie, eiwitten, vitamines en mineralen in zitten.
Begin met zachte voedingsmiddelen
Afhankelijk van de soort operatie moet u het vloeibare, fijngemalen dieet een tot twee weken aanhouden. De chirurg adviseert voordat u weer naar huis gaat wat in uw situatie van toepassing is. Na die periode mag u weer vaste voeding eten en drinken. Begin met zachte voedingsmiddelen. Dat zijn bijvoorbeeld gekookte, gare groenten en zacht rijp fruit. Vermijd grove of harde stukjes die u niet goed fijn kunt kauwen, zoals hardgebakken aardappelen of vlees of brood met zaden en pitten. Als dit goed gaat, mag u alles weer eten. Het blijft belangrijk om goed te kauwen en rustig te eten.