Na de operatie

De eerste periode na de operatie wordt u op de uitslaapkamer in de gaten gehouden tot u wakker genoeg bent en uw pijn draaglijk is. Afhankelijk van uw situatie kan dit één tot een paar uur duren.

Direct na de operatie bent u door een aantal slangen verbonden met apparaten, zoals: 

• een infuus voor vocht en medicatie
• een dun slangetje in uw rug voor pijnbestrijding (epiduraal katheter)
• een slangetje via uw plasbuis in uw blaas (blaaskatheter) om uw urine af te laten lopen

Naarmate u herstelt na de operatie worden deze slangetjes verwijderd. Op de buikwond zit na de operatie een pleister. Deze wordt na twee dagen verwijderd.

Op de uitslaapkamer krijgt u een glaasje water of een ijsje aangeboden.
De meeste patiënten gaan na een maagoperatie terug naar de verpleegafdeling. Het kan zijn dat u na de operatie een nachtje naar de PACU of Medium Care gaat. Dat zijn afdelingen waar we u extra goed in de gaten kunnen houden. U komt dan de volgende dag terug op de verpleegafdeling. Of u naar de PACU of de Medium Care gaat ligt aan uw leeftijd en gezondheid.

Als u terug bent op de verpleegafdeling, PACU of de Medium Care belt de verpleegkundige uw contactpersoon om te vertellen dat u op die afdeling bent aangekomen.

Op de verpleegafdeling na de operatie 

Eten en drinken 
Na de operatie hoort u van uw chirurg wat u mag eten en drinken. U begint met kleine slokjes water, thee, ranja of bouillon. Per dag wordt gekeken in welke stapjes u mag uitbreiden naar een vloeibare, fijn gemalen voeding. U mag niet meteen vast voedsel eten omdat de inwendige wonden eerst goed moeten genezen. Het duurt ongeveer 2 weken voordat u weer vast voedsel, zoals brood of een gewone warme maaltijd mag eten.

Tijdens uw opname krijgt u zes keer per dag iets te eten en te drinken aangeboden. Dit betekent dat u buiten de drie hoofdmaaltijden om ook drie keer een tussendoortje krijgt. Als het nodig is, krijgt u op advies van de diëtist drinkvoeding in plaats van een tussendoortje. Drinkvoeding is een drank waar extra energie, eiwitten, vitamines en mineralen in zitten.

De diëtist komt tijdens de opname bij u langs voor voedingsadviezen en tips. In de informatiemap maagkanker kunt u meer lezen over voeding na een maagoperatie.

Bewegen 
Na de operatie is bewegen belangrijk om trombose te voorkomen en uw spierkracht te behouden. Bovendien is uit onderzoek gebleken dat uw ademhaling beter gaat als u rechtop zit. Ook kunt u dan beter ophoesten. Hierdoor komen luchtweginfecties minder voor en de zuurstofvoorziening naar de wond is beter, wat gunstig is voor de genezing. Door bewegen wordt ook uw maag- en darmwerking gestimuleerd.

Als u op de verpleegafdeling terug bent, begint u zo snel mogelijk met bewegen onder begeleiding van de fysiotherapeut of een verpleegkundige. Op de dag van de operatie probeert u twee keer een half uur in een stoel te zitten. Als het mogelijk is, gaat u onder begeleiding al een stukje lopen.

Wat kunt u zelf doen aan bewegen tijdens uw opname? 

• Doe ’s ochtends uw pyjama uit en gewone kleding aan.
• Draag goede schoenen of sloffen waarop u niet uitglijdt.
• Probeer te eten en te drinken in een stoel aan tafel.
• Probeer zo min mogelijk in bed te liggen. Kom bijvoorbeeld uit bed als u bezoek krijgt.
• Loop regelmatig over de afdeling.
• Ga als dit mogelijk is eens met uw bezoek van de afdeling af.
• Wissel beweging en rust af. Doe bijvoorbeeld elk uur wat oefeningen of ga elk uur even zitten op een stoel of loop even over de gang.

De fysiotherapeut komt tijdens de opname dagelijks langs totdat u zelfstandig bent en/of de doelen van de fysiotherapie zijn bereikt.

Pijn 

Behalve pijnbestrijding via de epidurale katheter krijgt u ook vier keer per dag twee tabletten paracetamol. Het is belangrijk dat u deze pijnstillers inneemt, ook als u geen pijn heeft.

Een goede pijnbestrijding is van groot belang voor een snel herstel. Als u pijn heeft, geeft u dit dan aan bij de verpleegkundige. Drie tot vier keer per dag vraagt de verpleegkundige u een cijfer te geven aan de pijn.

De eerste dag na de operatie 

De verpleegkundige helpt u in de ochtend als u zich gaat wassen en verzorgen.

Bewegen 
U probeert in elk geval drie keer een poosje te gaan zitten in de stoel. Ook is het goed als u een (klein) rondje loopt. Zeg het tegen de verpleegkundige als u zo veel pijn heeft dat u niet uit bed kunt komen of niet kunt bewegen. U kunt dan extra pijnstilling krijgen. Vraag hulp bij het bewegen en probeer zo veel mogelijk rechtop in bed te zitten.

Voeding 
Probeer vandaag zes keer een kleine maaltijd te eten.

Stimuleren van de darmen 
U krijgt tijdens de opname twee keer per dag een laxeermiddel (magnesiumhydroxide) om verstopping te voorkomen en de werking van de dikke darm te stimuleren. Uw darmen waren immers niet leeg voor de operatie. U hoeft het laxeermiddel niet meer te nemen als u ontlasting heeft gehad.

De tweede dag na de operatie 

Met wat hulp van de verpleegkundige kunt u kunt zichzelf misschien weer wassen of douchen en aankleden.

Bewegen 
Het is belangrijk om regelmatig in beweging te zijn. Kom een paar keer uit bed en wandel (langere afstanden) over de gang. Het beste is dat u in totaal 6 tot 8 uur uit bed bent. Ga daarnaast door met de ademhalingsoefeningen.

Voeding 
Ga door met de voeding zoals staat beschreven bij de eerste dag na de operatie. Eet minimaal zes keer per dag kleine porties vloeibare voeding. Drink daarbij voldoende.

Epiduraal en blaaskatheter 
In overleg met de pijnverpleegkundige wordt vandaag de epidurale katheter en de blaaskatheter verwijderd. U kunt weer plassen op het toilet. Als u zonder de epidurale pijnbestrijding te veel pijn heeft, krijgt u behalve paracetamol het middel OxyContin. Probeer de OxyContin zo snel mogelijk weer af te bouwen en bouw de paracetamol als laatste af.

De derde dag na de operatie en verder 

Vanaf vandaag kunt u zich waarschijnlijk zelf grotendeels redden.

Bewegen 
Probeer meer te bewegen zodat uw conditie weer verbetert.

Voeding 
Waarschijnlijk heeft u een vloeibaar en fijngemalen dieet. Dit dieet moet u één of twee weken blijven volgen na de operatie.

Uw chirurg bespreekt met u of u genoeg hersteld bent van de operatie om weer naar huis te gaan.
Vanaf de vierde dag na de operatie mag u naar huis als u deze dingen weer kunt:

• u kunt grotendeels weer zo bewegen als voor de operatie
• u kunt zonder problemen genoeg eten en drinken
• uw maag en darmen zijn op gang en u heeft (normale) ontlasting gehad
• uw pijn is goed te verdragen, eventueel met medicijnen