Cryo-embryotransfer met Progynova/ Utrogestan
U ondergaat binnenkort een cryo-behandeling met Progynova/Utrogestan. Hier leest u meer over deze behandeling.
Wat is een cryo-behandeling?
Bij een cryo-behandeling worden één of twee embryo’s, die na een eerdere IVF- of ICSI-behandeling ingevroren en bewaard zijn in het IVF-laboratorium van het UMC Utrecht in de baarmoeder geplaatst. Een ingevroren embryo wordt een cryo-embryo genoemd, het plaatsen in de baarmoeder een cryo-embryotranfer. Deze behandeling kan plaatsvinden vanaf de tweede cyclus na de IVF/ICSI-behandeling. Tussen twee cryo-behandelingen hoeft u geen ‘rustmaand’ te houden.
De behandeling
Als u een spontane cyclus heeft:
- Op cyclusdag 1 start u met Progynova. U neemt elke dag, ’s ochtends en ’s avonds, 1 tablet van 2 milligram (of 2 tabletten per dag als uw arts dit van tevoren zo met u heeft afgesproken).
- Bij het begin van uw menstruatie belt u met naar de polikliniek Voortplantingsgeneeskunde om een afspraak te maken voor een echo-onderzoek rond cyclusdag 10-12. Hierbij controleren we de dikte van het baarmoederslijmvlies. Als de uitslag van het echo-onderzoek goed is, dan melden wij u aan bij het UMC Utrecht om de transfer te plannen.
- De startdatum van de Utrogestan (3 keer per dag 1 capsule, vaginaal inbrengen) wordt bepaald door het UMC Utrecht. Een medewerker van het IVF-laboratorium van het UMC Utrecht belt u om u hierover én over de datum van de verwachte cryo-embryotransfer meer informatie te geven. Dit zal binnen7 dagen, tussen 14.00 en 15.30 uur, gebeuren. U gaat ook door met de Progynova-tabletten.
- Als de uitslag van het echo-onderzoek niet goed is, krijgt u nieuwe instructies.
- De embryotransfer vindt niet eerder dan 5 dagen na de start van de Utrogestan plaats.
- De embryo’s worden vóór de transfer ontdooid. Op de dag van de geplande terugplaatsing krijgt u tussen 11.00 en 12.00 uur van het UMC Utrecht een sms met het tijdstip van de terugplaatsing. Als uw embryo niet goed uit de ontdooiprocedure is gekomen en er dus geen terugplaatsing kan plaatsvinden, dan ontvangt u geen sms maar wordt u door hen gebeld.
Als u geen spontante cyclus heeft:
- Soms is het nodig om vóór de behandeling een menstruatie op te wekken met Provera. Uw arts bespreekt dit met u.
- Voordat u met Provera begint, moet u eerst een zwangerschapstest doen.
- Daarna kunt u starten met de Provera-tabletten. U neemt 1 keer per dag 1 tablet (10 milligram). Dit doet u 7 dagen lang.
- Als de menstruatie na de laatste Provera-tablet begint, dan is de 1e dag van het bloedverlies cyclusdag 1.
- Het kan voorkomen dat u op de 7e dag na de laatste Provera-tablet nog niet menstrueert. In dat geval moet u nogmaals een zwangerschapstest doen. Als de uitslag aangeeft dat u niet zwanger bent, noemt u deze dag cyclusdag 1.
- Het komt ook voor dat u tijdens het gebruik van Provera vaginaal bloed verliest. U gaat dan door met de Provera-tabletten tot ze op zijn. De dag na de laatste Provera-tablet noemt u cyclusdag 1.
- Voor de verdere instructie: zie vanaf punt 1 ‘spontane cyclus’.
Medicatie
De meeste vruchtbaarheidsmedicatie is alleen bij de poliapotheek van Rijnstate verkrijgbaar. Wij vragen u daarom om voor elk bezoek aan de polikliniek Voortplantingsgeneeskunde uw medicatievoorraad te controleren.
Wij raden u aan om bij de start van de behandeling met foliumzuur en vitamine D 10mcg (1 keer per dag 1 tablet) te beginnen. Bij een zwangerschap gebruikt u foliumzuur tot 8 weken na de embryotransfer, vitamine D tot na de bevalling
Door de medicatie komt er, ook als u niet zwanger bent geworden, meestal geen spontane menstruatie. Wij adviseren u om altijd 11 dagen na de embryotransfer (of eerder als er toch een menstruatie op gang is gekomen) zelf een zwangerschapstest te doen en het resultaat door te geven aan de polikliniek Voortplantingsgeneeskunde.